De eerste woordjes: de taalontwikkeling van jouw dreumes
Ek… Mel… Elk… Wat zegt je bengel nou? Je zal het je de laatste tijd al wel een paar keer afgevraagd hebben. De brabbeltjes van jouw bengel ontwikkelen heel snel. Van enkele woordjes en tweewoordzinnen gaat het naar driewoordzinnen tot heuse volledige samengestelde zinnen. Een kijk in de wonderlijke taalevolutie van de dreumes…
De taalsprongen van een kind
Rond 1 jaar kan je bengel al hele verhalen vertellen vol onbegrijpelijke woorden, maar wel in de juiste intonatie. Dit is ‘sociaal brabbelen’.
Vanaf 18 maanden kennen de meeste peuters 10 tot 20 woorden. De uitspraak van de woorden klopt niet helemaal, maar ze weten al wel wat een woord betekent. En ze maken enorme sprongen in hun taalontwikkeling.
De woordenschat van een tweejarige neemt met maar liefst een tiental woorden per week toe. Ook kunnen de meeste kinderen rond deze leeftijd ‘zinnetjes’ maken van twee woorden, zoals ‘vroem auto’. Je kind kan bovendien zinnetjes met drie woorden al goed begrijpen.
Op driejarige leeftijd maakt je peuter al makkelijk vier- en vijfwoordzinnen. Ze kunnen 1.000 woorden zeggen en er 1.250 begrijpen. Daarnaast krijgen ze begrip van grammatica regels. Zo proberen ze werkwoorden te vervoegen en meervouden te maken. Natuurlijk verloopt dit niet altijd even goed en zijn zinnetjes als “ik kroeg een koekje” dagelijkse kost.
Vanaf 4 jaar is je kindje eigenlijk peuter-af. Jouw boefje is nu een kleuter. Op deze leeftijd kan hij duidelijk praten. Ook voor buitenstaanders is driekwart van wat je kindje zegt duidelijk. Je kleine spreekt in volledige en zelf samengestelde zinnen. Zo kan je kindje spontaan een verhaaltje vertellen en logisch antwoorden op vragen. In het komende jaar leert je kapoen steeds meer spreken als een “echte volwassene” 😉.
Stimuleer de taal van je dreumes!
Dreumesen leren hun moedertaal zo goed als automatisch, omdat ze dit dag in dag uit horen. Als ouder heb je een grote invloed op de taalontwikkeling van je boefje. Met deze drie tips help je je dreumes zijn woordenschat te stimuleren:
- Praat veel met je kind
Je peuter doet veel taalkennis op door naar jou te luisteren. Voer dus zoveel mogelijk gesprekjes met hem. Probeer babytaal te vermijden, ook al klinkt het zo schattig. Leer je kindje dus geen ‘vroemvroem’ voor auto, want zo leren ze niet het juiste woord. - Lees regelmatig een verhaaltje voor
Voorlezen of samen in boekjes kijken is een leuke en creatieve manier om de taalontwikkeling te stimuleren. In de Bambix speelhoek vind je enkele leuke voorleesverhaaltjes. Door regelmatig hetzelfde verhaaltje voor te lezen, leert je peuter de woorden heel goed kennen. - Speel taalspelletjes
Laat je peuter kennis maken met nieuwe woordjes. Of verzin zelf activiteiten, zoals ‘Wijs je neus aan’. Deze helpen je peuter om woorden aan de realiteit te koppelen. Zeg eens samen een rijmpje op of zing een liedje. Pret verzekerd.
Eindigen doen we met de boodschap “geniet”! Er zijn weinig evoluties zo magisch als een kindje dat leert praten.</p